Tijdens Open Monumentendag staan er 4 kassen op de Brink naast de Waag. In één van de kassen worden archeologische vondsten gepresenteerd. In de andere 3 kassen realiseren kunstenaars, Floor Coolsma, Matthias König en Lobke Meekes, elk een tijdelijk kunstwerk.
Dit jaar is het thema Plekken van plezier: naar welke monumentale plekken gingen en gaan mensen voor ontspanning en vermaak? Kunstenlab en Archeologie Deventer hebben bij het thema ‘plekken van plezier’ de invalshoek stadsmest gekozen. De stadsmest refereert aan het straatafval van o.a. de markten. Deze oude jaarmarkten zijn de huidige kermissen en festivals, de hedendaagse plekken van plezier. Na afloop van de markt werd de stadsmest verzameld en uitgereden op de weiden en akkers en omdat de stadsmest ook vele oude muntjes bevatte werd het ‘afval’ in latere tijden door mensen met een metaaldetector weer teruggevonden.
De Kunstenaars gebruiken de historische informatie en de hedendaagse context als uitgangspunt voor hun installatie in de kas. Het afval van de oude jaarmarkten staat centraal, maar met een link naar het nu.
Matthias König
Matthias König werkt op een vrije en intuïtieve manier, waardoor zijn werk een zekere gelaagdheid krijgt. Alles om hem heen is potentieel materiaal. Om focus aan te brengen, werkt hij per project binnen een zelfbedacht kader, zoals: ‘Dwarsliggen als professie’, ‘Betaalbare romantiek’, of ‘Vrienden als deurwaarders.’
Voor dit project projecteerde hij de term ‘Stadsmest’ op het alledaagse stadsleven en haar figuranten, op hun rol binnen de samenleving en op hun handelingen, die door de een als plezierig en door een ander als overlast kunnen worden ervaren. Een glazen kas fungeert voor König daarbij als ruimtelijke canvas om zijn observaties in de vorm van glasschilderingen weer te geven. Hij laat de interpretatie van het getoonde over aan de kijker.
Floor Coolsma
Dat wat overbleef. Drie honden rusten. De poten zwart geteerd. Uitgeput of in verstilde afwachting van ooit nog trekken.
Hondenkarren werden onder meer gebruikt om handel naar de jaarmarkten te vervoeren. In de klei van mijn moestuin aan de overkant van de IJssel vind ik scherven... de stadsmest van toen in handen. Op één scherfje is nog net de afbeelding van een kind met hond te zien. Dit kleine stukje overgebleven ‘stadsmest’ is het begin van het werk ‘rest.’
Lobke Meekes
Komt dat zien, komt dat zien! De jaarmarkt was hét amusement van de 14e eeuw. De kermis werd afgetrapt met het vleiskeuren. Slagers toonden hun beste vlees, hun versbereide worsten en lieten dit proeven.
Amusement is van alle tijden; zeven eeuwen later staat het festival met stip op één van de amusementslijst. Als paddenstoelen schieten de festivals uit de grond. Waarom is het festival zo populair? Zien en gezien worden, ergens bij horen! Komt mij zien, komt mij zien!
Welkom bij Vleistival, een pop-up festival van Lobke Meekes. Het is een must voor de festivalbezoeker anno nu. Dit kleinschalige festival onderscheidt zich doordat het heel persoonlijk is, bloedserieus en messcherp.
Komt mij zien!
Natuurlijk maak je tijdens het Vleistival, zoals op ieder festival, een selfie. Maar dan wel net even anders. Jouw selfie levert je het toegangsticket op voor het festivalterrein, waar je jezelf echt kan laten zien. Niet huiverig voor een vetrandje en nieuwsgierig wat Vleistival jou te bieden heeft? Don’t think, act!
Het gehele programma van Open Monumentendag vindt u op www.openmonumentendag.nl
Stadsmest is een samenwerking van Archeologie Deventer met Kunstenlab. Mogelijk gemaakt door een bijdrage van provincie Overijssel en de gemeente Deventer.
Stadsmest